Schortelwoensdag: het verraad van Judas – en dat van ons?

Op de woensdag van de Goede Week (schortelwoensdag, omdat spoedig het klokgelui wordt opgeschort) herdenken we in de katholieke traditie het moment waarop Judas naar de hogepriesters ging om Jezus uit te leveren. Een dag eerder hebben we kunnen lezen hoe Jezus openlijk de discussie aanging met het gezag, en de Farizeeën zich geen andere oplossing wisten dan definitief van Jezus af te komen. En ineens was daar de leerling van de Nazarener, die aanbood Jezus uit te leveren. Hij kreeg er dertig zilverstukken voor, een enorm bedrag in die tijd.

We kennen Judas vooral als degene die Jezus verkocht voor dertig zilverstukken. Maar hij was ook een leerling van Jezus, die Hem lange tijd volgde en geïnspireerd was geraakt door zijn woorden over vergeving en verlossing, en in Hem de beloofde Messias zag. Judas’ verraad is schrijnend, juist omdat het niet van een buitenstaander komt, maar van iemand die dichtbij Jezus stond. Sommige bijbelwetenschappers en theologen wijzen erop dat Judas wellicht teleurgesteld was in Jezus – dat hij hoopte op een politieke bevrijder, een revolutionaire Messias. Toen Jezus dat niet bleek te zijn, sloeg liefde om in woede. In wat misschien wel een opwelling was, leverde Judas Jezus uit aan Zijn moordenaars.

Het vuur van jong geloof

Veel katholieke jongeren – en zeker bekeerlingen – zullen iets van de vurigheid van Judas herkennen. Ze ontdekken de rijkdom van de katholieke traditie, raken onder de indruk van de sacramenten, de schoonheid van de liturgie en de Waarheid van het Evangelie. Die eerste liefde is sterk, en prachtig. Maar juist wie enthousiast is, loopt het risico zichzelf en anderen te verliezen. In plaats van mee te groeien in geloof en liefde, kan het verlangen naar zuiverheid omslaan in controle, oordeel en veroordeling. En in een tijd van sociale media en digitale echokamers is de weg naar religieus fanatisme korter dan ooit.

Farizeïsme in een nieuw jasje

Jezus waarschuwt op Heilige Dinsdag de religieuze leiders van Zijn tijd: “Wee jullie, Schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars!” (Mattheüs 23). Niet omdat ze religieus zijn, maar omdat hun religie losgeraakt is van barmhartigheid. Ze leggen anderen lasten op die ze zelf niet dragen, en sluiten de deuren van het Koninkrijk voor wie er willen binnengaan. Dat is de les van Judas én de Farizeeën: het geloof kan veranderen in een instrument van superioriteit, en verhevenheid boven anderen. Afstand in plaats van nabijheid. Angst voor anderen, en afkeer tot mensen die niet dezelfde regels navolgen. Ook vandaag zijn er jongeren – vaak met de beste bedoelingen – die anderen veroordelen omdat ze zelf de absolute waarheid denken te bezitten. Ze keren zich af van de Kerk die in hun ogen niet aan het zuiverheidsideaal voldoet. Deze mensen raken verstrikt in radicalisering, vaak in naam van het geloof. Ze zetten zich af tegen anderen, die in hun ogen een dood spoor bewandelen, zoals andersgelovigen en mensen die niet in God geloven. Of mensen die katholiek zijn, maar niet volledig leven volgens de Leer van de Kerk. Is er eigenlijk iemand die dat wel doet? (Johannes 7:53).

Jezus wast de voeten van zijn verrader

En toch is er ook dit voorbeeld van Jezus: Hij weet wat Judas gaat doen – en Hij wast hem de voeten. Hij biedt hem brood aan tijdens het Laatste Avondmaal. Jezus blijft tot het einde toe barmhartig. Hij veroordeelt niet, maar nodigt uit. Dat is wat Schortelwoensdag ons laat zien: er is altijd een weg terug! Zelfs de verloren zoon, die uit eigen beweging onverstandige keuzes maakten die hem ver weg brachten van zijn vader, mocht terugkeren (Lucas 15:11). Wie zich heeft laten meeslepen in oordelen, in verharding of religieus fanatisme, is nog steeds bemind. Ook radicalisering is niet het einde – de uitnodiging tot bekering blijft.

Zachte radicaliteit

Jezus vraagt radicale navolging, maar zijn radicaliteit is geworteld in zachtmoedigheid, vergeving en dienstbaarheid. Hij weigert geweld, ook als dat tot zijn dood leidt. Dat is een confronterend voorbeeld, zeker in een wereld die vaak schreeuwt om harde actie en absolute duidelijkheid. Zoals in Amerika, waar elke zin begint en eindigt met God, maar wapens vrij zijn toegestaan en de doodstraf nog steeds wordt toegepast. Waar de bekeerde katholieke vicepresident de paus op zijn vingers tikt, die kritiek durfde te uiten op het immigratiebeleid. Of in Nederland, waar “gelukszoekers” de deur wordt gewezen, Korans in het openbaar worden verbrand, en “eigen volk eerst” een geaccepteerde uitspraak is geworden.

Net als Judas willen sommigen Jezus ‘helpen’ door hem in een rol te duwen die Hij zelf afwees: een politieke, gewelddadige bevrijder. Zo zijn er jongeren die het Evangelie radicaliseren, die online veroordelen, verdelen, en verguizen – vaak anderen, maar soms ook zichzelf. In plaats van Jezus te volgen, dwingen ze Hem in hun beeld. Dat is niet alleen gevaarlijk – het is verraad.

De oproep aan jongeren – en aan ieder van ons – is deze: durf je eigen motieven te onderzoeken. Volg je Jezus echt, of probeer je Hem te vormen naar jouw beeld? Is jouw geloof geworteld in liefde, of in controle?

Geef een antwoord