Tussen traditie en toekomst: Jordi en Danique over hun keuzes in het katholieke geloof

*) Dit artikel is onlangs deels verschenen in Omega 2 van 2024. Hier lees je het hele verhaal! 

Maak kennis met Jordi (23) en Danique (22): twee toegewijde katholieken uit het bisdom Haarlem-Amsterdam. Kortgeleden trouwden zij , en vormen daarmee een belangrijk voorbeeld voor jongeren. Hoe gaan zij om met de traditionele invulling van het katholieke geloof?

 

Wat betekent “traditie” voor jullie als jong getrouwd stel binnen het katholieke geloof?

Voor Jordi en Danique is traditie binnen het katholieke geloof niet slechts een verzameling oude gebruiken, maar een rijke schat die hen ondersteunt in hun geloofsleven. Jordi legt uit: “Traditie is voor ons een bron van kennis en inspiratie, die ons helpt in ons dagelijks leven en in onze spirituele groei. Het gaat niet alleen om eeuwenoude rituelen, maar ook om het lezen van geschriften van heiligen, kerkleraren en kerkvaders die door de eeuwen heen zijn doorgegeven.”

Een voorbeeld hiervan is de litanie van nederigheid, een gebed dat Jordi hielp om nederiger te worden. Hij zegt: “Het is een gebed dat mij jaren geleden heel erg heeft geholpen. Ik bad het dagelijks, omdat ik besefte dat ik hoogmoedig was.” Hoewel hij het gebed nu minder vaak bidt, herinnert hij zich de kracht ervan in die periode van zijn leven.

Jordi benadrukt dat traditie niet alleen persoonlijk van betekenis is, maar ook een lange-termijn koers biedt, zoals blijkt uit de werkwijze van Thomas van Aquino. “Thomas van Aquino bracht verschillende denkers en heiligen samen in zijn werk, de Summa Theologiae, waarbij hij niet iets nieuws uitvond, maar de traditie van eerdere denkers verder uitbouwde.” Dit toont aan dat traditie niet iets statisch is, maar kan evolueren door de generaties heen. “Het gaat erom dat we traditie serieus nemen en omarmen, zelfs als dat betekent dat we soms bepaalde dingen los moeten laten,” zegt hij.

Jordi wijst op het gevaar van het seculiere gedachtegoed, dat vaak de waarde van traditie minimaliseert. “In de seculiere samenleving wordt traditie vaak afgedaan als oud en conservatief. Maar voor christenen, en zeker voor katholieken, is traditie essentieel. En zelfs protestanten kunnen niet zonder.”

 

Traditie is voor ons een bron van kennis en inspiratie, die ons helpt in ons dagelijks leven en in onze spirituele groei.”

 

Welke tradities of sacramenten geven jullie nu een dieper gevoel van verbondenheid dan vóór jullie huwelijk, en hoe beïnvloeden die jullie geloofsleven samen?

Voor Jordi en Danique is de Eucharistie, het sacrament van het lichaam en bloed van Christus, een centraal punt van hun geloofsleven, vooral sinds hun huwelijk. “De Eucharistie is voor ons het mooiste sacrament,” zegt Danique. “Het is niet alleen iets dat we voor onszelf beleven, maar vooral ook samen, als stel.”

Jordi voegt hieraan toe dat hun gezamenlijke deelname aan de Heilige Mis een diepere betekenis heeft gekregen sinds ze getrouwd zijn. “Op zondag gaan we naar de Mis, en dat is voor ons de constante factor in de week. Het is de eerste dag van de week, en we beginnen deze altijd samen in de Mis. Het voelt voor mij als het begin van mijn leven, elke week opnieuw. Als gehuwde man is mijn leven nu onlosmakelijk verbonden met Danique, dus dat begin is ook verbonden met haar.”

Dit gezamenlijke moment is voor hen de kern van hun geloofsleven. “Wij halen echt onze voeding uit die momenten samen,” zegt Jordi. “Of het nu gaat om samen bidden, het verdiepen in de lezingen van de zondag, of het voorbereiden op de Heilige Mis. In de week bidden we vaak persoonlijker, wat ook goed is. Maar de zondag is voor ons het heiligste moment van de week, de eenheid die we dan ervaren, maakt dat moment heel speciaal.”

Hoe hebben jullie families jullie geloofstradities beïnvloed, en hoe willen jullie die in jullie eigen gezin doorgeven?

Danique groeide op in een gezin waar het katholieke geloof aanwezig was, maar niet altijd centraal stond. “Wij waren niet elke zondag in de Mis, maar het geloof speelde wel een rol,” zegt ze. “Mijn vader deed bijvoorbeeld de communievoorbereiding, en we baden samen voor het avondeten. Het waren kleine, dagelijkse rituelen die het geloof op een vanzelfsprekende manier deel uitmaakten van het leven. Bijvoorbeeld, voor mij is het heel normaal om een kerststal bij de kerstboom te zetten. Dat was altijd zo, en ik heb nooit begrepen waarom anderen daar nooit bij stilstaan.”

Jordi had een vergelijkbare ervaring, maar de spirituele diepgang was voor hem minder aanwezig. “Bij ons thuis stond ook een kerststal, maar het was nooit echt een spirituele ervaring. We wisten wie Jezus was, maar de traditie was niet verder uitgelegd,” zegt hij. “Toen ik en mijn broers tot geloof kwamen, begon het geloof bij mijn ouders wel meer te spelen.”

Als het gaat om hun eigen toekomst, denken Jordi en Danique veel na over hoe zij hun kinderen katholiek willen opvoeden. “Ik kijk vooral naar vrienden die al kinderen hebben en die hun geloof op een authentieke manier doorgeven,” zegt Jordi. “Het gaat erom dat je als ouders echt leeft volgens het katholieke geloof. Als je dat doet, gaat het op een natuurlijke manier over op je kinderen. Het is minder belangrijk om zondagsschool te organiseren; het is belangrijker dat je kinderen het geloof vanuit het hart leren.”

Danique voegt toe dat het voor hen belangrijk is om kinderen niet alleen op te leggen wat tradities zijn, maar ook uit te leggen waarom ze die tradities vasthouden. “Het gaat erom dat we eerlijk zijn over ons geloof en waarom we geloven, zodat onze kinderen dat begrijpen.”

Jordi deelt een andere traditie die hij graag zou willen doorgeven aan hun kinderen: zingen. “Zingen is twee keer bidden,” zegt hij, “en het is een geweldige manier om het hoofd en het hart te verbinden.” Hij is begonnen met het oefenen van traditionele christelijke kerstliedjes op gitaar en hoopt die samen met zijn toekomstige kinderen te kunnen zingen. “Ik heb een boekje met christelijke kinderliedjes, zelfs in Latijn, en het lijkt me prachtig om samen met mijn kinderen deze liederen te zingen, niet alleen tijdens kerst, maar ook met Sinterklaas.”

Op welke manier helpt een traditionele invulling van het katholieke geloof jullie om uitdagingen binnen het huwelijk te overwinnen?

Danique en Jordi zien hun huwelijk als een heilige belofte, die hen helpt om door moeilijke momenten te navigeren. “Het helpt, bijvoorbeeld, dat we weten we zijn al getrouwd en we kunnen niet meer scheiden,” zegt Danique. “Dat geeft een veilig gevoel, zelfs als je geïrriteerd bent op elkaar.” Dit gevoel van veiligheid komt voort uit het diepe inzicht dat in de katholieke traditie de optie van scheiden simpelweg niet bestaat.

Jordi legt uit dat het huwelijk volgens de katholieke leer niet alleen een belofte is voor elkaar, maar ook een belofte aan God. “Je wijdt je leven aan God en belooft om voor Hem en voor je partner te leven. Wanneer het moeilijk wordt, blijft die belofte bestaan. Het gaat niet om een tijdelijke overeenkomst, maar om een diep spiritueel verbond.” Hij erkent dat er momenten kunnen zijn waarop je trouw en geduld op de proef worden gesteld, maar het fundament van hun huwelijk blijft stevig geworteld in deze belofte.

Jordi stelt dat het huwelijk in de moderne maatschappij vaak wordt gezien als een transactionele overeenkomst. “Veel mensen vinden trouwen niet meer noodzakelijk, omdat ze al samenwonen,” zegt hij. “Maar voor ons is het huwelijk veel meer dan dat. Het heeft een spirituele dimensie die verder gaat dan de praktische aspecten.” Het sacrament van het huwelijk is voor hen niet iets wat je zomaar kunt opgeven of veranderen. “Het huwelijk is een sacrament, en dat sacrament heeft een dieper betekenis, die ons in staat stelt om elkaar in goede en slechte tijden trouw te blijven.”

Danique en Jordi benadrukken dat deze traditionele benadering van het huwelijk hen niet alleen helpt om moeilijke momenten samen te doorstaan, maar ook hen een krachtig fundament biedt voor hun relatie, gebaseerd op de katholieke traditie en de belofte die ze voor God en elkaar hebben afgelegd.

Hoe vinden jullie balans tussen traditionele overtuigingen en een moderne levensstijl? Hebben jullie hier samen afspraken over gemaakt?

Jordi en Danique geven aan dat zij niet echt specifieke afspraken hebben gemaakt over het combineren van hun traditionele katholieke overtuigingen met een moderne levensstijl. Voor hen is de balans vooral gebaseerd op erkenning van de katholieke kerk en haar traditie. Jordi legt uit: “De norm voor ons is een stukje erkenning vanuit de katholieke kerk.” Dit betekent dat ze de traditionele geschriften van heiligen en zaligen serieus nemen, maar tegelijkertijd openstaan voor andere inzichten die ze tegenkomen. “Er zijn ook heel veel boeken die ik lees van gelovigen, leken of een bisschop, waarvan ik denk, dit is ontzettend goed wat ze doen,” zegt hij.

Ze benadrukken het belang van eigen inzicht en overweging in hun geloofsleven. Jordi legt uit: “Je gebruikt je eigen verstand en je hart om te bepalen: is dit nou iets goeds? Of is dit misschien een beetje een overdreven mening?” Dit perspectief helpt hen om de balans te vinden tussen het vasthouden aan de traditie en het kritische beoordelen van nieuwe ideeën.

Er zijn volgens hen wel duidelijke kaders waarin ze opereren. “Er is natuurlijk verschil of je kritiek hebt op een dogma, of dat je zelf kritiek hebt op bijvoorbeeld een vraagstuk als: heeft Jezus een engelbewaker?” Jordi wijst erop dat zulke onderwerpen meer filosofisch van aard zijn en geen directe invloed hebben op hun identiteit als katholieken. Het gaat voor hen om het naleven van de fundamentele overtuigingen die de kerk over de eeuwen heen heeft gevormd. “Met een dogma zou dat wel anders zijn,” zegt hij.

Jordi en Danique geven aan dat ze zich volledig vertrouwen op de lange traditie van de kerk. Zelfs wanneer ze iets niet begrijpen, blijven ze trouw aan de doctrines van de kerk. “Als ik iets niet snap, maar het is wel een dogma of een doctrine, dan vertrouw ik op de kerk en haar geduldige benadering,” zegt Jordi. Dit vertrouwen in de Heilige Geest en de leiding van de kerk geeft hen rust in hun geloofsleven. “Jezus heeft mij duidelijk laten zien dat Hij 100% te vertrouwen is,” besluit hij.

Hoe zien jullie het relativeringsvermogen binnen jullie geloof? Zijn er elementen van het geloof waar jullie ruimte voor interpretatie in zien, of zijn er juist zaken waar jullie geen compromis in willen sluiten?

Jordi en Danique benadrukken het belang van de Katholieke Leer als fundament voor hun geloof, waarbij ze veel waarde hechten aan de traditionele dogma’s. Danique legt uit: “De Katholieke Leer is gewoon mijn mening,” wat aangeeft dat de basisprincipes van het geloof voor hen niet ter discussie staan. Ze erkennen echter dat er ruimte is voor discussie en interpretatie, vooral op kleinere theologische kwesties die ze soms met elkaar onderzoeken.

Een voorbeeld dat Jordi aanhaalt, betreft het doopsel. Ze hadden een discussie over de juiste doopformule, waarbij de vraag opkwam of iemand die niet gelovig is, een geldig doopsel kan afnemen. “Als je de juiste doopformule gebruikt en de intentie hebt die de Kerk heeft, dan zou het goed moeten zijn,” legt Jordi uit. Ze hebben hierover priesterraadplegingen gehad, maar het blijft een punt van interpretatie, over wat de intentie is van de ongedoopte als doper. Dit is een voorbeeld van hoe zij bepaalde kwesties via een theologisch debat nader onderzoeken.

Daarnaast noemt Jordi een ander voorbeeld waar interpretatie aan de orde is: het huwelijk. In de huwelijksakte beloven stellen een “algeheel christelijk leven” te leiden. Dit kan echter op verschillende manieren ingevuld worden in het dagelijks leven, wat vraagt om onderscheiding en gebed om tot een gezamenlijke interpretatie te komen. “Hoe jij met elkaar omgaat in de tijd, is heel erg verschillend,” zegt Jordi, wat duidt op de flexibiliteit van het geloof in de praktijk.

Verder heeft het paar nagedacht over de balans tussen materieel welzijn en hun christelijke verantwoordelijkheden. Als ze bijvoorbeeld een grotere carrièrekans krijgen die leidt tot meer geld, maar ook meer werkdruk, dan kan dit hun tijd en energie voor hun gezin beïnvloeden. “Kun je dan nog wel een man zijn voor je gezin?” vraagt Jordi zich af. Dit soort dilemma’s vraagt om reflectie en communicatie om te bepalen wat leidt tot Gods wil.

Hoe ervaren jullie het verschil tussen de formele Leer van de Kerk en de praktische toepassing ervan in jullie dagelijks leven?

Jordi legt uit dat hun benadering van de katholieke leer is om die zo goed mogelijk na te leven, zowel in grote als kleine zaken. Hij erkent dat het menselijk is om fouten te maken, maar hun uitgangspunt is steeds om te proberen trouw te blijven aan de leer van de Kerk. Een belangrijk aspect daarvan is de praktijk van vergeving. Jordi benadrukt dat de vergeving van God en van elkaar een wezenlijk onderdeel is van hun dagelijks leven. Hij noemt dit een essentieel onderdeel van hun geloof, wat vaak over het hoofd wordt gezien door katholieken als iets vanzelfsprekends. “We nemen de vergeving heel serieus,” zegt hij.

In hun relatie is vergeving niet alleen van toepassing op grote zaken, maar ook op kleine dingen. Jordi maakt het tot een gewoonte om bij Danique en ook bij vrienden om vergeving te vragen wanneer hij iets verkeerd heeft gedaan. Dit gaat verder dan alleen het zeggen van “sorry” — het is voor hem een bewuste oefening in het onderhouden van hun relatie en de vrede tussen hen.

Daarnaast noemt hij de Eucharistie en de vredeswens als een belangrijke praktijk die hen helpt om actief na te denken over wie zij moeten vergeven. Dit geeft aan hoe ze de leer van de Kerk integreren in hun dagelijkse interacties, met de nadruk op het onderhouden van vrede en het vragen om vergeving, zelfs voor kleinere misverstanden of fouten. Jordi benadrukt dat dit niet komt omdat hij zoveel dingen verkeerd doet, maar omdat hij haar, Danique, zo dierbaar is dat hij ervoor wil zorgen dat er geen onopgeloste conflicten blijven.

Hoe denken jullie over andere katholieke stellen die op hun eigen manier omgaan met geloofstradities? Zijn er bepaalde verschillen waar jullie het moeilijk mee hebben, of die jullie juist inspireren?

Jordi geeft aan dat hij het soms moeilijk vindt om te gaan met katholieke stellen die op een andere manier omgaan met de geloofstradities. Hij benadrukt dat dit niet betekent dat zij per se het goede doen, maar dat het voor hen wel lastig kan zijn om te zien hoe andere stellen het geloof niet altijd op dezelfde manier beleven. Het kan dan lijken alsof zij minder moeite doen, terwijl zij zelf hun best doen om alles goed te doen, wat soms tot oordeel kan leiden. Jordi erkent echter dat dit veroordelend is en dat hij niet weet hoe het werkelijk in het leven van de ander speelt. Hij probeert zich hier bewust van te zijn en deze gevoelens achter te laten, vooral door deze in de biecht te benoemen.

Jordi leert van zijn ervaringen dat hij zijn eigen mening over andere stellen voor zichzelf kan houden, zonder deze uit te drukken, zeker als hij de ander niet goed kent. Hij merkt ook op dat het niet aan hem is om iemand anders direct aan te spreken over zijn of haar geloofsbeleving, omdat dat vaak vraagt om een band van vertrouwen die er misschien niet is. Dit heeft hij geleerd door ervaring, en hij begrijpt dat het beter is om rustig en bedachtzaam om te gaan met deze gevoelens.

Wat betreft inspiratie haalt Jordi ook positieve voorbeelden uit andere stellen. Hij heeft bewondering voor stellen die hun geloof op een heel natuurlijke manier uitstralen. Dit zijn mensen die niet per se veel over God hoeven te spreken, maar waarvan je merkt dat ze het geloof in hun hart dragen en dit door hun daden uitdragen. Jordi is niet jaloers op deze mensen, maar voelt bewondering voor de manier waarop ze hun geloof leven. Hij vindt dit inspirerend en haalt er lessen uit voor zijn eigen leven, bijvoorbeeld in de manier waarop zij hun huwelijk en gezin invullen. Dit heeft hen ook geholpen om advies te vragen aan kennissen en vrienden voor hun eigen opvoeding, waarbij ze niet schromen om de ervaring van anderen te zoeken.

Hoe gaan jullie om met de voorbeeldfunctie die jullie hebben? Zijn jullie daar heel bewust mee bezig of gaat dat meer op natuurlijke wijze?

Jordi geeft aan dat hij zich soms bewust is van de voorbeeldfunctie die hij heeft, maar dat hij het lastig vindt om daar altijd naar te handelen. In het begin van zijn bekering had hij de neiging om zich heel bewust katholiek te gedragen om een vroom voorbeeld te zijn voor anderen, maar hij realiseerde zich later dat dit vaak oppervlakkig was. Dit werd zelfs een soort toneelspel, waarin hij zichzelf aanleerde om de “perfecte katholieke antwoorden” te geven op moeilijke vragen, wat hij later als niet oprecht ontdekte.

Jordi geeft een concreet voorbeeld van hoe hij zijn houding heeft aangepast. Bij de Eucharistische aanbidding was hij in het begin erg gefocust op het knielen, zelfs als het pijn deed, omdat hij dacht dat dit een manier was om zijn geloof te tonen. Later besefte hij dat dit niet oprecht was en dat het belangrijker was om in gebed te blijven, ook al betekende dit dat hij af en toe moest zitten in plaats van knielen. Dit was voor hem een belangrijke les in het loslaten van de druk om altijd perfect over te komen en in plaats daarvan oprecht en nederig te blijven in zijn geloofsbeleving.

Jordi zegt dat het soms moeilijk is om met de voorbeeldfunctie om te gaan, omdat mensen vaak naar je opkijken en verwachten dat je op een bepaalde manier handelt. Hij merkt op dat het belangrijk is om nederig te blijven, zelfs als anderen verwachten dat je altijd het juiste voorbeeld geeft. Dit kan bijvoorbeeld in WhatsApp-groepen zijn of in gesprekken, waarbij hij zich soms bewust is van zijn rol in het bisdom en daardoor voorzichtig is met het delen van persoonlijke meningen om te voorkomen dat er onbedoeld onrust ontstaat.

Hebben jullie ooit expliciet gesprekken gehad over hoe anderen naar jullie kijken, bijvoorbeeld door vragen als “Hoe kom ik over?” of “Hoe kijk je tegen me op?” En wat kregen jullie dan terug?

Jordi vertelt dat hij en Danique in hun relatie geestelijke leiding zochten, zowel zelfstandig als gezamenlijk, waarbij ze ook over zulke kwesties spraken. In hun gesprekken kwam naar voren dat zij een voorbeeldfunctie hadden, wat in het begin niet altijd prettig was om te horen. Jordi legt uit dat het voor hem soms moeilijk was om te horen dat anderen hen als voorbeeld zagen, omdat hij zich daardoor onder druk gezet voelde. Hij herinnert zich dat hij na zo’n opmerking de litanie van nederigheid bad, omdat hij zichzelf niet als een perfect voorbeeld wilde presenteren. Dit besef leidde tot een verandering in zijn benadering: hij wilde niet meer proberen om een “perfect” katholiek te zijn in de ogen van anderen.

Jordi benadrukt dat het belangrijk is om eerlijk te zijn over de eigen kwetsbaarheden. Hij geeft aan dat mensen vaak een verkeerd idee kunnen krijgen van hun leven door alleen de positieve aspecten te zien. Bijvoorbeeld, als anderen denken dat zij een perfect huwelijk hebben, wil hij dat corrigeren door ook te delen dat ze vaak ruzie hebben en dat hun leven niet zonder strijd is. Het delen van deze kwetsbaarheden helpt anderen te begrijpen dat perfectionisme niet het doel is, en dat zelfs gelovige mensen worstelen met moeilijke dingen.

Jordi deelt ook een persoonlijke ervaring over zijn strijd met een pornoverslaving. Hij vertelt dat hij niet schaamt voor het feit dat hij deze strijd heeft overwonnen, maar wel voor de zonde zelf. Hij beschouwt zichzelf niet als “genezen”, maar als iemand die door Gods genade de verslaving heeft overwonnen. Hij ziet dit als een belangrijk voorbeeld voor anderen, vooral voor jonge mannen die met soortgelijke problemen worstelen. Jordi geeft aan dat zijn openheid over dit onderwerp jongeren kan helpen om te begrijpen dat het mogelijk is om te strijden en te overwinnen, en dat niemand perfect is.

Hebben jullie het gevoel dat er soms spanning ontstaat tussen jullie persoonlijke geloofsopvattingen en de bredere opvattingen binnen de katholieke gemeenschap? Hoe gaan jullie daarmee om?

Michel vraagt of Jordi en Danique spanning ervaren tussen hun persoonlijke geloofsopvattingen en die van de bredere katholieke gemeenschap, en hoe ze hiermee omgaan. Jordi en Danique delen verschillende voorbeelden van situaties waarin ze zich soms anders voelen dan anderen in de gemeenschap.

Jordi deelt een ervaring uit een gespreksgroep waar hij uitleg gaf over het verschil tussen doodzonde en dagelijkse zonde. Hij legde uit dat een zonde alleen als doodzonde geldt als er aan drie voorwaarden wordt voldaan: de handeling is ernstig, gebeurt met volledige vrije wil en er is volledige kennis van de ernst ervan. Hoewel hij deze uitleg later door zijn geestelijk leidsman bevestigd kreeg, ontstond er een discussie toen een priester in de groep aangaf dat het lastig is om altijd zeker te weten of iets een doodzonde is.

Jordi voelde zich uitgedaagd door die opmerking, vooral omdat hij van mening is dat een gewetensonderzoek essentieel is om te beoordelen of je in een staat van genade leeft. Hij benadrukt dat de kerkelijke leer hierbij een belangrijk hulpmiddel is, maar dat uiteindelijk de onderscheiding tussen jou en God plaatsvindt. Ondanks zijn innerlijke strijd met de uitspraak van de priester, respecteert hij het leergezag van de priester en erkent hij dat er situaties zijn waarin alleen God en de persoon zelf kunnen oordelen.

Daarnaast deelt Jordi een situatie waarin een priester in een parochie vroeg om geen tongcommunie te ontvangen. Hoewel dit tegen zijn overtuigingen inging, besloot hij niet in conflict te gaan, en enkele maanden later werd de regel aangepast. Dit leidde tot een reflectie over gehoorzaamheid aan de kerkelijke autoriteit en het belang van geduld.

Danique heeft ook persoonlijke irritaties, zoals wanneer mensen klappen tijdens de mis of bij bijvoorbeeld het ontvangen van de Eerste Communie. Dit voelt voor haar onterecht, omdat het de heiligheid van het sacrament lijkt te ondermijnen. Jordi legt uit dat hij moeite heeft met de mededelingen die vaak aan het einde van de mis worden gedaan. Hij vindt het vervelend dat dit niet vóór de Mis gebeurt, zodat er meer tijd is voor stille gebeden na de communie. Dit is voor hem een voorbeeld van hoe de gemeenschap soms niet volledig aansluit bij wat voor hem belangrijk is in de liturgie.

Jullie gaan veel om met andere katholieke jongeren die ook actief zijn in de kerk. Hoe is het dan om met andersdenkende of andersgelovigen om te gaan? Zoeken jullie dat nog steeds actief op? Of denken jullie: als ik mag kiezen, ga ik liever met een katholiek om?

Danique: Al mijn directe collega’s zijn ongelovig, en ze weten inmiddels redelijk goed waar ik sta over bepaalde zaken. Ik heb het bijvoorbeeld wel eens over de Eucharistie en hoe ik geloof dat het Christus is. Dan vinden ze het vaak streng, maar soms met een negatieve lading. Toch ga ik het liefst om met katholieken, omdat zij voor ons voorbeelden zijn. Het helpt je ook om met die mensen om te gaan, omdat je denkt, “Ja, dit wil ik ook leven.” Maar als alle katholieken alleen maar met katholieken omgaan, wordt het een soort bubbel, en is het moeilijk om open te staan voor niet-katholieken. Dan krijgen ongelovigen het idee dat er geen katholieken meer bestaan, en ik ben vaak de eerste fanatieke katholiek die ze tegenkomen. Ik vraag me af, hoe kan dat? Daarom probeer ik een balans te vinden. Het liefst ben ik omringd door katholieken, maar soms is het te makkelijk om alleen met katholieken om te gaan. Het is ook een uitdaging.

Jordi: Voor mij sluit het aan bij mijn favoriete uitspraak uit de Catechismus: “De gehele kerk is apostolisch, in zoverre de leden van de kerk apostolisch zijn.” Het apostolaat gaat over het verkondigen van de blijde boodschap, en dat kan zowel binnen als buiten de kerk gebeuren. Ik probeer die boodschap overal te brengen, ook op mijn werk. Daar werken ook protestanten en ongelovigen. Er ontstaan soms discussies, maar dat is goed; we mogen respectvol met elkaar spreken. Iedereen heeft een eigen rol in de gemeenschap. Ik ben goed in het begeleiden van mensen die al geloven, maar nog zoeken naar hoe ze dat in hun dagelijks leven kunnen toepassen. Veel bekeerlingen neigen naar ofwel te nonchalant zijn of juist hun leven in één keer willen omgooien naar een monnikenleven. Dat is op zich niet schadelijk, maar ik help ze wel met de nuance van het dagelijks leven. Als je werkt, kun je niet de hele dag bidden, maar je kunt wel op een andere manier in je geloof groeien. Het gaat erom dat alles in de liefde gebeurt. Wat ik kan bijdragen is de wijsheid, ook al mis ik die soms zelf. Maar ik denk dat ik die wijsheid kan gebruiken voor de gemeenschap.

 

Als alle katholieken alleen maar met katholieken omgaan, wordt het een soort bubbel.”

 

Ontmoet je weleens moslims? En heb je het daar weleens mee over het geloof?

Jordi vertelt dat zijn rijinstructeur moslim is, maar zelf niet praktiseert. Dit roept bij hem de vraag op of voor moslims geloof ook meer een culturele of raciale identiteit is, zoals bij sommige joden het geval is. Jordi legt uit dat hij zelf als christen wel eens worstelt met het praktiseren van zijn geloof, maar zich realiseert dat dit misschien voor moslims op een vergelijkbare manier geldt. Hij deelt ook zijn ervaring met een oude huisgenoot die katholiek was en trouwde met een moslim. Dit vond hij lastig, maar hij heeft zijn zorgen met haar besproken. Over zijn gesprekken met moslims zegt Jordi dat hij het soms moeilijk vond, omdat hij weinig kennis had van de islamitische traditie. Hierdoor kon hij vaak alleen vanuit het katholieke perspectief spreken, wat leidde tot een gesprek waarbij ze niet echt met elkaar verder kwamen, ondanks respectvolle communicatie.

Hoe is het dan met andere vriendschappen die anders denken? Want is dat dan eigenlijk uiteindelijk dat je dan toch van gescheiden bent in die vriendschap? Of heb je alsnog een band die echt is?

Jordi deelt zijn ervaring met vriendschappen waarin men andere waarden of overtuigingen heeft. Hij vertelt dat hij in het verleden vriendschappen heeft gehad waarin er meningsverschillen waren over zijn katholieke identiteit. Zo had een vriend ooit gezegd dat hij in een “cult” zou wonen toen hij in een katholiek studentenhuis ging. Jordi heeft dit geprobeerd te bespreken, maar ook andere situaties waarbij zijn vrienden bijvoorbeeld vloeken in zijn aanwezigheid, waren lastig voor hem. Hij benadrukt echter dat zijn vrienden hem niet persoonlijk beledigen en dat de belediging uiteindelijk God raakt, niet hemzelf. Jordi legt uit dat zulke dingen niet de vriendschap breken, al doet het hem wel iets, maar het houdt hem niet wakker. Hij ziet de kern van vriendschap als een diepere band gebaseerd op liefde, zoals die in het christendom wordt gedefinieerd, een liefde die offers vereist en verder gaat dan alleen maar het delen van overeenkomsten. Hij denkt dat dit vooral moeilijk is voor seculiere mensen om te begrijpen, omdat de christelijke kijk op vriendschap veel dieper gaat dan oppervlakkige overeenkomsten. Jordi haalt Thomas van Aquino aan, die de christelijke vriendschap, gebaseerd op caritas, als een hogere vorm van vriendschap beschreef.

Danique heeft zowel gelovige als niet-gelovige vrienden. Ze merkt dat sommige vriendschappen uit elkaar zijn gegroeid door verschil in geloof, maar dat het ook vaak te maken heeft met een gebrek aan respect. Ze heeft zelfs een vriend die Luciferist is, een voormalig protestant, waarmee ze een moeilijke periode heeft doorgemaakt. Ze waren het vaak niet eens, wat leidde tot ruzies en blokkades op sociale media. Toch heeft ze nu een zekere mate van respect voor zijn keuzes, ook al is ze het niet eens met zijn overtuigingen. Wat haar betreft, is het belangrijk om ieders vrijheid van keuze te respecteren. Danique noemt ook een vriend die homoseksueel is, waar ze in het begin moeite mee had. Ze had geen idee hoe ze met deze vriendschap moest omgaan, maar nu is ze in staat om geïnteresseerd te zijn in zijn leven zonder te oordelen. Ze benadrukt dat er geen oordeel hoeft te zijn, zolang er wederzijds respect is voor elkaars leven en keuzes.

Hoe reflecteren jullie samen als koppel op de traditie versus moderniteit in het geloof, vooral als het gaat om gezinsleven en het toekomstbeeld dat jullie hebben?

Danique beschrijft hoe hun gezinsleven niet altijd volledig traditioneel is, maar dat ze een balans zoeken die voor hen werkt. Ze geeft een voorbeeld van de rolverdeling in hun huishouden: haar man, Jordi, kookt vaak, terwijl zij dat minder doet. Ze vindt dit niet per se traditioneel, maar meer iets dat werkt voor hen als koppel. Ze vertelt dat ze, wanneer ze kinderen hebben, het liefst niet zou willen werken en thuis zou willen zijn om voor de kinderen te zorgen. Maar, gezien de financiële situatie, weet ze niet of dat realistisch is. Toch hoopt ze in de toekomst meer tijd thuis door te brengen. De situatie bepaalt uiteindelijk hoe ze deze balans invullen, en Danique is ervan overtuigd dat de keuzes die ze maken voor hun gezinsleven vanuit hun geloof komen, ook al is er flexibiliteit in hoe ze de tradities van het katholieke gezin toepassen.

Jordi reflecteert op de traditie in het gezinsleven door te wijzen op de rolverdeling tussen man en vrouw, zoals die in de Bijbel wordt gepresenteerd. Hij vindt het belangrijk dat de man als het hoofd van het gezin fungeert, maar benadrukt dat dit niet betekent dat de vrouw geen invloed heeft of minder belangrijk is. In plaats van de traditionele rolverdeling als rigide te zien, ziet Jordi het als een fundament dat zich aanpast aan hun persoonlijke situatie. Hij ziet de rol van de man als de ‘priester’ van het gezin, wat betekent dat hij zowel verantwoordelijk is voor de geestelijke leiding als voor de bescherming van zijn vrouw en kinderen. Jordi noemt het voorbeeld van een vroom katholiek echtpaar waarin de vrouw veel werk doet en de man slechts twee dagen per week werkt. Dit toont volgens hem aan dat het niet altijd zwart-wit is, maar dat de kern van de traditie—de zorg voor elkaar en het gezin—de basis blijft. Hij haalt de heilige Jozef Maria Escriva aan, die zei dat een man zijn gezin beschermt door dagelijks voor hen de rozenkrans te bidden, als eerste stap in zijn rol als leider en beschermer.

Heb jij ook een bijzonder verhaal dat je wilt delen? Stuur ons een bericht via de socials of e-mail!

Geef een antwoord